BIM en classificatie

BIM en classificatie. Het is een al even heikel punt als BIM en meetstaten. En mogelijk nog lastiger ook want we moeten van LINEAIR DENKEN evolueren naar DATABASE DENKEN. Bovendien spreekt het aanzicht van de ISO 12006-2:2015 Building construction -- Organization of information about construction works -- Part 2: Framework for classification ons ook niet bepaald veel moed in om het item op te pakken. Maar we zijn dapper en doen bij deze een poging om alles helder uitgelegd te krijgen.

Het eerste wat we onder de knie moeten krijgen is, gefacetteerd klasseren.


In bovenstaande tekening kunnen we 3 facetten onderscheiden: vorm, kleur en grootte. Gefacetteerd klasseren betekent dat je voor elk facet een lijstje met de mogelijkheden maakt:

  • Vorm: ovaal, rechthoek of driehoek
  • Kleur: blauw, rood of groen
  • Grootte: groot, middelmatig, klein

Database denken betekent dat je van alles wat je in handen krijgt, eerst de facetten gaat bepalen en vervolgens, per facet, de bijhorende lijstjes gaat samen stellen. Zo kan je uit bovenstaande figuur gelijk welke informatie halen: de kleine groene driehoeken, alle rechthoeken, de rode en blauwe ovalen, ... je kan voor elke mogelijke combinatie de data in een oogwenk opvragen. Binnen de BouwData© werkmethodiek houden we het in eerste instantie simpel met onderstaande figuur.

Vertrekpunt is de blauwe bol "OBJECT". Als we naar dit facet kijken, bekijken we de functies van grof (massastudie Bv. B1A Fundering) naar fijn (componenten Bv. B1A(13)1b grond- en/of steenlagen t.b.v. vloeren op grondslag), topdown. Ontwerpers voelen zich hier thuis: WAT gaan we creëren?

Vervolgens richten we onze aandacht op de rode bol "DEVELOPMENT". Hier denken we "terrein- en vloeroppervlakte" en slaan we als het ware het gebouw plat. Projectontwikkelaars voelen zich hier thuis: WAAR zit alles wat we kunnen verkopen/verhuren?

Daarna gaan onze ogen naar rechts in de figuur, de groene bol "MATERIAL". We weten al wat en waar maar nog niet hoe we dit voor elkaar gaan krijgen. De focus is hier helemaal tegenovergesteld aan de blauwe bol. Hier bekijken we het gebouw vanuit het kleinste middel dat we aankopen of uit ons magazijn halen en bouwen zo het hele bouwwerk op. We gaan van klein naar groot, bottom-up. Uitvoerders voelen zicht hier thuis; HOE gaan we dit klaar spelen?

En al de rest wat er bij komt kijken? Wel dat stoppen we gemakkelijkheidshalve in de grote grijze pot op de achtergrond en laten we ons ondersteunen door de project administrator/beheerder. Dit was mijn functie bij de vervangingsnieuwbouw van AZ St Maarten. Maken dat ontwerpers, uitvoerders en de bouwheer (tevens de toekomstige facility manager en ontwikkelaar) zich konden focussen op hun ding.

Zetten we nu die vier bollen op het schema van onze fameuze ISO norm dan ziet dit er zo uit:

Vervangen we de bollen door voorbeelden, dan zien we dit:

In gewoon Nederlands: centraal staat het hele Construction Process dat zowel de ontwikkeling, ontwerp en uitvoering omvat en gekaderd is in de Construction Process Lifecycle. Dat proces moet een management hebben en zal gefaseerd zijn. De ISO norm spreekt van pre-design processdesign processproduction process en maintenance process. Niet slecht maar persoonlijk verkies ik het RIBA workplan 2013.

Om gans dit proces te realiseren, hebben we Construction Resources nodig. We hebben materiaal (Construction product), materieel (Construction Aid) en mensen nodig (Construction Agent). Of dit nu arbeiders, onderaannemers, architecten of projectleiders zijn, maakt niet uit. De ISO norm kent geen hiërarchie op dit vlak.

Maar die mensen moeten ook met elkaar communiceren om het hele boeltje gedaan te krijgen. Ze hebben m.a.w. Construction Information nodig.

En hier zit de clue van het hele verhaal!

Die informatie wordt op drie verschillende manieren gegeven. In ons voorbeeld van baksteen, snelbouwkraan en arbeider, wordt dit:

  • Work Result - HOE moet het metselwerk uitgevoerd worden?
  • Construction Element aan WAT moet dit voldoen: dragend/niet dragend, akoestische eisen, brandweerstand, ...?
  • Built space - WAAR moet die baksteen komen te staan? In welke ruimte van welke Construction entity van welk Construction complex?

Vooraleer je in een auto stapt, moet je blindelings kunnen schakelen. Wél vooraleer je gaat BIMmen, moet bovenstaande jouw tweede natuur zijn.